slogan: PLATFORM VOOR PUBLIC GOVERNANCE, AUDIT & CONTROL

Overheid in beweging

Overheid in beweging

27 september 2012 om 11:54 door Harry ter Braak 0 reacties

Cultuurverandering is een aantal jaren van de agenda geweest. Jaap Boonstra brengt succesvolle veranderingen in beeld. Zonder samenwerken kun je in deze netwerkwereld niet overleven. Hoe doen gemeenten dat? Stan van der Laar beschrijft hoe gemeenten dat doen. De klant is koning, wordt vaak gezegd. Maar wat betekend dat voor de overheid? Marcel Hoogwout toont in zijn proefschrift aan dat het makkelijker gezegd dan gedaan is.

Leiders in cultuurverandering. Hoe Nederlandse organisaties succesvol hun cultuur veranderen en strategische vernieuwing realiseren
Jaap Boonstra, Stichting Managementstudies, Van Gorcum, Assen, 2010, 358 blz., ISBN 9789023246961 Leiders in cultuurverandering - cover.JPG

Boonstra heeft met een team van onderzoekers zestien bedrijven bestudeerd. Het onderzoek was beschrijvend. Het succes van cultuurverandering is contextgebonden. Zowel op grond van objectieve als subjectieve criteria zijn de bedrijven (negen markt, drie hybride en vier overheid), meestal met serieuze landelijke bekendheid, succesvol gebleken. De mensen binnen de bedrijven zijn eensluidend in hun waardering voor de veranderingen en kunnen aangeven wat de verandering heeft bewerkstelligd. In drie delen, zesentwintig hoofdstukken, zes bijlagen en een mooie literatuurlijst worden we meegenomen met de bevindingen. Het boek is prettig leesbaar en vol van tips en trucs. De tips zijn apart gekleurd zichtbaar gemaakt evenals de beschrijvingen van de cases.
Deel één heeft betrekking op verschillende perspectieven op cultuurverandering. de cultuur van een organisatie als identiteit van een organisatie, als leerproces, als bron van conflict en vernieuwing en als waardecreatie voor klanten worden alle geconcretiseerd.
De articulatie van de businessidee of de zijnswaarde van een bedrijf heeft betrekking op op de maatschappelijke betekenis van de organisatie, de klantwaarde, de kerncompetenties en de concurrentievoordelen. Ze vormen de basis die onderwerp van cultuurverandering is. De aanleiding voor de cultuurverandering kan liggen in een crisis, de behoefte te expanderen, te innoveren of de organisatie voor te bereiden op de toekomst. De theoretische uitgangspunten en de afgelopen jaren veranderde inzichten in cultuurverandering worden beschreven. Deel twee heeft betrekking op het veranderingsproces, de energie om verandering te genereren. Maar dit deel gaat ook in op de noodzaak een visie te formuleren, verbondenheid te creëren, de klant centraal te stellen en de beweging van boven en onderen tegelijk te doen plaatsvinden. Daarbij kan en moet in de aanpak met tijd, rust en ritme gespeeld worden. Voorbeelden maken de inzichten praktisch toegankelijk. In deel drie gaat het om het nemen van de leiding in een veranderingsproces. Diverse leiderschapsperspectieven passeren de revue, of het nu om authentiek leiderschap gaat of waarderend leiderschap et cetera. Uiteindelijk gaat het om betekenisvol leiderschap. Interventie strategieën worden uitgewerkt. Al met al gewoon een must voor managers en controllers die op de hoogte willen zijn van de meest recente theorie en praktijkervaringen rond cultuurverandering.

Samen sterker - cover.JPGSamen sterker, samenwerking tussen gemeenten geanalyseerd
Stan van de Laar, Eburon, Delft, 2010, 253 blz., ISBN 9789059724648

Twaalf praktijk gevallen van (pogingen tot) intergemeentelijke samenwerking worden in deze studie geanalyseerd in opdracht van de programmadirectie Krachtig Bestuur van het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties. In zes delen en dertien hoofdstukken worden we meegenomen naar de conclusies en reflecties op intergemeentelijke samenwerking.
In deel één wordt de onderzoeksopzet beschreven en worden de verwachtingen van het onderzoek toegelicht. Daarna worden de verschijningsvormen gedefinieerd. Bij elke verschijningsvorm zijn een aantal sprekende samenwerkingsverbanden gezocht. Bovendien zijn er enkele samenwerkingsvormen bijgehaald die niet meer bestaan. Boeiend is dat, zo blijkt in latere hoofdstukken, de concrete cases niet blijken te passen bij de orde waarin ze waren toegedeeld (maar in een andere). Gedefinieerd worden de meervoudige ambtelijke poolvorming en de enkelvoudige ambtelijke poolvorming. Als de verwachtingen beschreven worden vinden deze grondslag in ander werk, maar een stevig theoretisch fundament ontbreekt helaas wel.
Daarna worden alle twaalf praktijkcases beschreven en geanalyseerd in bijna even zovele hoofdstukken. Dan gaat het steeds om een beschrijving van het model en de veranderaanpak. De stellingen die voortvloeien uit de verwachtingen worden getoetst in de praktijk van de cases. In de twee slothoofdstukken worden de conclusies uit de cases bijeengebracht. Succesfactoren en belemmerende factoren van intergemeentelijke samenwerking worden bekeken vanuit de cases. Factoren die betrekking hebben op randvoorwaarden vooraf, op het proces van verandering en na effectuering van de samenwerking. Het boek bevat een schat aan informatie voor hen die achter de voordeur van de interessantste intergemeentelijke samenwerkingsverbanden in Nederland willen kijken. Tegelijkertijd kan niet gezegd worden dat het een lekker leesbaar boek is. Het vraagt doorzettingsvermogen, terwijl het wetenschappelijk gehalte beperkt blijkt.

De rationaliteit van de klantgerichte overheid. Een onderzoek naar de spanningen die de invoering van het klantdenken bij gemeenten veroorzaakt en de manier waarop gemeenten daarmee omgaan
Marcel Hoogwout, Réunion, Nieuwegein, 2010, 364 blz. ISBN 9789079263042

Hoogwout neemt ons in zijn zeer leesbare proefschrift in drie delen en tien hoofdstukken mee door de wereld van de klantgerichte gemeentelijke overheid. In deel één wordt het theoretisch kader uiteen gezet. Het klantdenken heeft de afgelopen jaren het openbaar bestuur onmiskenbaar beïnvloed. Klantdenken is potentieel conflicterend. Dat gaat dan om spanningen tussen het individu en het collectief, tussen handhaving en dienstverlening, tussen privacybescherming en transparantie, tussen waardevrij en betrekken, tussen opvoeden versus verwennen, primaat bij de burger versus het bestuur, over hiërarchie versus marktwerking en autonomie versus samenwerken. Overheden die elementen van het klantdenken willen invoeren zullen de genoemde dilemma's moeten oplossen. De benadering van het klantdenken wordt vervolgens als paradigma uiteen gezet. Dat gaat dan over het ontstaan ervan, de opvattingen en waarden erachter en de conceptualisering ervan.
Daarna volgt een uiteenzetting van het denken over beleidsuitvoering.
Ook dat wordt op een vergelijkbare manier als paradigma uitgewerkt. In deel twee wordt eerst de onderzoeksstrategie toegelicht. De verschillen tussen de beide paradigma's worden teruggebracht tot vijf thema's; loyaliteit, vertrouwen in de burger, ongelijkheidtolerantie, monopoliegerichtheid, en het gepercipieerde nut van klantgemak. Vervolgens worden een aantal wezenlijke beslissingen in gemeenten beoordeeld op die thema's. Per beslissing is steeds geprobeerd te achterhalen op welke wijze de thema's een rol hebben gespeeld in het afwegingsproces voorafgaand aan de genomen beslissingen. De gemeenten waar dergelijke beslissingen onderzocht zijn betreffen Tilburg, Zwolle en Almere. Alle gemeenten die enige naam opgebouwd hebben in het klantdenken.
Deel drie geeft zicht op de geleerde lessen. In geen van de onderzochte casussen is men erin geslaagd om het klantdenken in al zijn aspecten tot uitvoering te brengen en was het topmanagement de drager van de veranderingen. Voor het deel waar klantdenken een oplossing pretendeerd te geven - het verbeteren van de relatie tussen burger en bestuur - blijkt de bewijsvoering dun. Het zal geen vervanging, maar een aanvulling op het bestaande waardestelsel van de overheid vormen. Aan het slot worden verschillende strategieën voor de toekomst verkend. Negeren van klantdenken vindt de auteur net zo min raadzaam als het doorgaan op de bestaande weg. Het uitplaatsen van klantactiviteiten lijkt het meest aan te bevelen. Maar nader onderzoek lijkt hier geboden.

Drs. H.J.M. ter Braak is docent strategie en verandermanagement aan de Vrije Universiteit Amsterdam en organisatieadviseur bij WagenaarHoes.

Sluiten